Hetzelfde feitencomplex, twee verschillende uitspraken

In de maatschappij zijn in een rap tempo tal van ontwikkelingen gaande, zo ook in de horeca. Zo veranderen in de horeca de verhoudingen door de platformeconomie. Deliveroo is een platform waar een klant een maaltijd kan bestellen. Deliveroo geeft de bestelling door aan het door de klant gekozen restaurant, waarmee Deliveroo afspraken heeft, en laat een bezorger daar de maaltijd ophalen en bezorgen aan de klant.

Deliveroo bood de bezorgers tot voor kort een arbeidsovereenkomst aan, maar biedt nu slechts de mogelijkheid om als zelfstandige als bezorger te werken. Medio 2018 diende in Amsterdam (RBAMS:2018:5183) een zaak tussen een maaltijdbezorger en het bedrijf om te zien of er sprake was van een arbeidsovereenkomst of een overeenkomst van opdracht. De kantonrechter oordeelde dat er van een arbeidscontract geen sprake was omdat de bezorger wist dat zijn arbeidsovereenkomst eindig was en hij als zelfstandig ondernemer (via een kvk-inschrijving) zou gaan werken. Er was veel veranderd tussen partijen. De bezorger mocht voortaan zelf beslissen of hij zich aanmeldde voor werk, mocht een bestelling weigeren en had zelfs de vrijheid van werk af te zien in de door hem gereserveerde tijdvakken. Verder mocht hij werken voor de concurrent, mocht zich laten vervangen en verdiende meer dan toen hij nog in loondienst was.

Pijnpunt in die uitspraak was wat mij betreft het feit dat Deliveroo – op basis van actuele en vroegere gegevens van de bezorger – bepaalt wie welke bezorging krijgt. De bezorger heeft bij de rechtbank aangevoerd dat dat niet willekeurig gebeurt en duidt op werkgeversgezag. De kantonrechter is daaraan voorbij gegaan.

Een vakbond start later bij dezelfde rechtbank een collectieve procedure om de rechter alsnog te laten bepalen dat er sprake is van een arbeidscontract tussen Deliveroo en haar bezorgers. De rechtbank oordeelt (RBAMS:2019:198) medio januari 2019 toch dat er sprake is van een arbeidsovereenkomst. De kantonrechter kent inderdaad gewicht toe aan de manier waarop de opdrachttoekenning gebeurt en het feit dat Deliveroo mensen beloont met extra opdrachten via een priority access. De rechter houdt verder rekening met het feit dat de mogelijkheid van de bezorger om zich te laten vervangen vrijwel inhoudsloos is. De rechter oordeelt dat de verhouding alles heeft van een arbeidsrelatie in plaats van een zzp-inhuurconstructie.

Interessant om te zien hoe de conclusies en overwegingen ten opzichte van dezelfde feiten kunnen verschillen bij kantonrechters van dezelfde rechtbank. Een arbeidsverhouding heeft andere gevolgen dan een zzp-constructie. Laat u niet verrassen. U doet er verstandig aan goed te (laten) controleren welke rechtsverhouding er in uw situatie daadwerkelijk aan de orde is.

Vragen n.a.v. dit bericht?

Stel hem direct!